zaterdag 19 december 2009

Buitenlanders

Dit woord roept altijd gemengde of zelfs negatieve gevoelens op. Zoals in meerdere landen is er ook in Noorwegen een politieke partij die alle buitenlanders het land uit wil hebben. Toen ik dat tegen Patrick zei, zei hij: Ja, maar dat geldt niet voor ons, wij zijn immers niet ‘zulke buitenlanders’. Wij zijn geen asielzoekers en we doen ons best te integreren en de taal te leren. Met andere woorden, er bestaan verschillende categorieën buitenlanders.

Tijdens mijn vorige taalcursus ontmoette ik mensen zoals de man uit Bagdad, waar hij werkzaam was als journalist. Totdat het hele kantoor met geweld werd ontruimd. Hij vluchtte naar Noorwegen en belt iedere dag zijn vrouw die haast de deur niet uit durft vanwege de dagelijkse aanslagen. Elke dag weer spannend of ze de telefoon beantwoordt. Toen ik een vrouw uit Koerdistan vroeg of haar man in Noorwegen werk had gevonden, maakte ze een dubieus gebaar langs haar keel, ik weet nog steeds niet of ik goed begrepen heb dat hij niet meer leeft. Zijzelf kwam naar Noorwegen rond de ondergang van Sadam. Heeft 6 jaar op een verblijfsvergunning gewacht en vorig jaar eindelijk gekregen. Haar kinderen mochten wel gelijk naar school. Als ze over ‘haar thuisland’ spreekt, reageert de man uit Bagdad lacherig en zegt dat ze helemaal geen land heeft. Daarna gaat het even fel over en weer. Het zit allemaal nogal diep. En dan de gescheiden vrouw uit Iran (nu met een Noor getrouwd), wiens kinderen bij hun vader in Turkije wonen. Ze skypt elke dag met ze, en hoopt ze ooit naar Noorwegen te kunnen laten komen. Volgens de geruchten zijn de jonge Aziatische meisjes met (oudere) Noren getrouwd vanwege het geld. Zo kunnen ze hun arme familie in hun thuisland financieel bijstaan, of een familielid naar Noorwegen halen. Anderen zeggen dat de Russische vrouwen het geluk in Noorwegen zoeken omdat de mannen in Rusland allemaal aan de drank zijn. Dit wordt weer ontkend door de Russinnen zelf. Ik hoor de verhalen van de Chinese vrouw uit Sjanghai (met maar liefst 20 miljoen inwoners!). Over het feit dat ze in China maar 1 kind mogen krijgen, maar omdat er nu zoveel kinderen zonder ooms en tantes zijn, wordt het toegestane aantal voor Sjanghainezen binnenkort verhoogd naar 2. En de problemen die haar dochter van 15 heeft met de aanpassing in een compleet andere cultuur. De Russisch sprekende vrouwen die momenteel deel uitmaken van mijn klasgenoten maakten al snel duidelijk niet als Russische bestempeld te willen worden. Zij komen uit landen van de voormalige Sovjet-Unie, zoals Georgië, Oekraïne, Moldavië. Allen zijn tweetalig opgevoed. Binnenshuis werd de ‘landstaal’ gesproken, maar buitenshuis was dat verboden en mocht alleen Russisch gesproken worden. Rusland heeft nog steeds grote invloed. De Russische vloot ligt bijvoorbeeld in Oekraïne en de Russen zijn niet van plan deze te verplaatsen. Verder doet Rusland erg zijn best de politieke functies in de verschillende landen door Russen te laten bekleden, om zo een vinger in de pap te houden.

Ik wil hiermee duidelijk maken dat het een interessante ervaring is je tussen al die verschillende culturen te bevinden. Alle glimpen die ik voorheen op het journaal voorbij zag komen, krijgen nu een gezicht. De vrouw uit Moldavië (dat ik alleen kende van het songfestival) vertelt dat ze zo boos wordt als mensen zeggen: O, Moldavië, dat is toch het armste land van Europa? En de moeder van een klasgenootje van Dennis vertelt dat ze uit Roemenië komt en dat ze hele vervelende ervaringen heeft gehad omdat mensen Roemenen associëren met diefstal en achterbaksheid. Ik ken natuurlijk niet de details van de beweegredenen van de verhuizing van alle mensen, maar het zijn tenslotte allemaal levende wezens, vaak gekenmerkt zijn door hun moeilijke heden en verleden. Kortom, het negatieve stempel buitenlander geldt inderdaad voor de mensen met een ander geloof, andere huidskleur en een andere cultuur. Discriminatie om het buitenlander-zijn zal onze kinderen hopelijk bespaard blijven, want over een jaar is er niemand die aan ze ziet of hoort dat het geen rasechte Noren zijn. Goh, zou dat ook voor mij gelden??

Als ik zeg dat wij met ons hele gezin tegelijk zijn verhuis, dat we gewoon ons Nederlandse rijbewijs kunnen gebruiken, dat we geen inburgeringscursus hoefden doen en onze gasten geen visum nodig hebben om ons te bezoeken, word ik vaak jaloers aangekeken. En wat is er dan mis met Nederland? Nou, eigenlijk helemaal niks, we vonden het alleen een beetje druk. Dan hoor je ze denken: Rare jongens, die Nederlanders….






Bergenstest

Inmiddels ben ik volop aan de studie en dat is ook de reden dat deze weblog-update even op zich heeft laten wachten! Daarnaast is december een drukke maand, ook voor de kinderen. Van de week zei Dennis: Ik doe zoveel, ik ben te moe om alles te vertellen. Ik wou dat we ‘een kabeltje’ hadden. Dan wist je gelijk wat ik denk.

Het merendeel van mijn klasgenoten bestaat dus uit vrouwen uit voormalig Sovjet Unie. Verder zijn de landen Marokko, Noord-Korea, Duitsland, China, Egypte, Pakistan, Polen, Vietnam en Filipijnen vertegenwoordigd. In januari moeten we op voor het examen en onlangs legden we een proefexamen af. Ik was de enige die daarvoor slaagde. Ben ik dan zoveel beter dan de anderen? Tja, het is verleidelijk te zeggen van wel, maar dat zou flauw zijn. De mensen in de cursus zijn zeker niet dom, de meesten hebben een universitaire opleiding genoten. Maar het is simpelweg een wereld van verschil of je vanuit het Nederlands het Noors onder de knie probeert te krijgen, of met bijvoorbeeld Chinees, Arabisch of Russisch als basis.

Dat het Noors en Nederlands veel overeenkomsten hebben, wil niet zeggen dat alles even makkelijk is. Voorzetsels blijven bijvoorbeeld lastig. Ben je in Nederland in het ziekenhuis en op de afdeling, in Noorwegen ben je op het ziekenhuis en in de afdeling. Verder ben je hier in de kamer, maar op de keuken, op de badkamer en je zet theewater niet op maar over. Als je iemand op straat tegenkomt zeg je: ‘ Hoi, het was leuk dat ik je tegenkwam’. In Nederland zou je dan denken dat diegene het liefst direct doorloopt, maar in Noorwegen vinden ze dat het moment van tegenkomen achter de rug is. En zo zijn er nog legio nuanceverschillen. Het zal nog wel even duren voordat we alles onder de knie hebben. Ik heb wel het diploma voor de Noorse test nr. 3 binnen!

Bezoek

In oktober kwam mijn moeder samen met een vriendin op bezoek. Het was erg gezellig en ondanks het druilerige weer hebben de dames zich goed vermaakt in Oslo, Horten en Tønsberg. De kinderen mochten een dagje thuisblijven van de barnehage, zodat oma volop van ze kon genieten. Op de dag van vertrek mochten ze mee-ontbijten op de barnehage. De kindjes hadden geknutseld en de werkjes werden te koop aangeboden. De opbrengst komt ten goede aan de arme kindjes in Nepal. Oma kocht uiteraard een mooi schilderwerk van Dennis, en ik een beschilderde mok.












Sinterklaas

Maanden geleden vroeg Dennis al of het bijna Sinterklaas was. Moeilijk geval natuurlijk, want die goeie man kennen ze nu eenmaal niet in Noorwegen. Maar toen hoorden we dat de Nederlands-Noorse vereniging in Oslo het voor elkaar had gekregen de Sint met een paar pietjes voor een retourtje Noorwegen te strikken. Dus onze kindjes mochten gewoon hun schoen zetten en op vrijdag zat er een bedankbrief van Sinterklaas in Dennis’ schoen. Daarin stond dat de Sint zoveel mooie tekeningen had gekregen van Nederlandse kinderen in Noorwegen, dat hij naar Oslo zou komen op 5 december. Het feest vond plaats in de Internationale School in Oslo. Daar waren zo’n 50 Nederlands-sprekende kinderen met hun ouders. Ik vond heel raar om zoveel mensen Nederlands te horen spreken en ik had ook een soort lotgenoten-gevoel. Uiteraard hoorden we ook veel Noors-Nederlands (veel gemengde gezinnen) en de kinderen schakelden met alle gemak over van de ene naar de andere taal.

Omdat ik geen bevestiging van onze aanmelding had ontvangen, had ik voor de zekerheid wat cadeautjes in mijn tas gestopt. Dat kwam goed uit, want we stonden inderdaad niet op de lijst. Foutje van de organisatie, bleek later. Toen Dennis zijn cadeautje uitpakte zei hij: Dit is niet wat ik graag wou, maar ik ben wel dankbaar (klonk erg schattig). Hij wilde namelijk alleen maar coole lego. Dat kwam later gelukkig helemaal goed, omdat een lieve Sint uit Nederland een doosje had opgestuurd. Verder was de organisatie prima. De kinderen konden een pietendiploma halen in de gymzaal, kleuren en ze mochten Sint een handje geven. We konden ons tegoed doen aan speculaas, pepernoten en allerlei ander snoepgoed. Stefan kroop als een wilde met vuurrode wangetjes rond en stopte werkelijk alles in zijn mond. Hij liet alles in ieder geval spik-en-span achter. Dennis en Lieke durfden de Sint geen handje te geven, hoezeer ik ook aandrong omdat de goede man tenslotte helemaal naar Noorwegen was gekomen voor ons!







Op de terugweg nog even langs Ikea. Dennis kreeg heel wat vragende en onderzoekende blikken toegeworpen omdat hij gehuld was in zijn pietenpak en ik had er niet aan gedacht andere kleren voor hem mee te nemen.

Patrick heeft onlangs zijn gewone fietsbanden omgewisseld voor spijkerbanden. En na een angstige ervaring op de snelweg hebben we besloten de auto ook van ‘piggdekk’ te voorzien. Dennis had hier iets van opgevangen en zong daarom steeds: Ik geloof dat er in mijn spijkerband een pepernootje zit!













Oogarts

Vaak hoorden we mensen klagen over de lange wachttijden en traagheid van instanties. Wij hadden echter grotendeels goede ervaringen. Totdat ik een afspraak bij de oogarts probeerde te maken. In mei had de consultatiebureau-arts een doorverwijzing naar de oogarts in Horten gestuurd. Voor Lieke en Dennis. Toen ik eens belde bleek dat ze alleen voor Dennis een melding hadden ontvangen. Voor Lieke moest ik een nieuwe doorverwijzing vragen. Daarna duurde en duurde het weer. Ik belde wederom en pas toen ik zei dat Dennis in Nederland geopereerd is, kon er ineens een gaatje gevonden worden. Maar niet voor Lieke. Inmiddels ben ik met Dennis bij de oogarts geweest, maar die stuurde ons weer door naar een speciale kinder-oooarts. Inmiddels is het december. We wachten nog steeds op de uitnodiging. Stefan en Lieke zijn in Tønsberg door een oogarts onder de loep genomen. Stefan werd goedgekeurd, maar Lieke moet aan de bril. We hebben een mooie uitgezocht, meisjekleur (d.w.z. roze) met diamantjes. En Lieke verheugt zich er zelfs op. Jaja, nu maar hopen dat het zo blijft….

8 december - Dennis 5 jaar!

Na wat wikken en wegen hadden we besloten Dennis’ verjaardag alleen met ons gezin te vieren. Ondanks het feit dat opa’s en oma’s van harte bereid waren te komen. Achteraf gezien een goede keuze, gezien de drukke december-agenda. Dennis krijgt van Stefan een robotarm, van Lieke een fietshelm en van ons de bijbehorende fiets. De fiets is geschikt voor kinderen van 5-8 jaar en in de winkel leek hij niet zo groot. Toch moet Dennis deze winter nog even flink groeien want nu zie je alleen de fiets aan komen rijden.

Op de barnehage krijgt Dennis een merkwaardig verjaardagscadeau van een klasgenootje, namelijk een beet in zijn arm. Dusss.... Ik beland daarom met hem bij de dokter en we krijgen een antibioticakuurtje mee naar huis. ’s Middags eten we muffins en Dennis pakt alle kaarten en cadeautjes uit die per post zijn binnengekomen. Heel erg leuk! Hij heeft het zo druk dat hij volgens mij niets een de visite heeft gemist. Gelukkig... De volgende dag wordt het feest op de barnehage alsnog gevierd. Hij krijgt een mooie kaart met dino’s, én een dino-verjaardagshoed.

Van Patrick kreeg Dennis een kaartje voor de voorstelling Jul med Gråtass (Kerst met Gråtass). Gråtass is een grijs tractortje dat spannende avonturen beleeft. Dennis had helemaal geen zin in dit uitje met papa. Volgens mij vanwege zijn angst voor poppen en mensen die zich verkleden als poppen, ook al gaf hij dat niet toe. Bij deze voorstelling stonden er echter alleen ‘gewone’ mensen op het toneel en beide mannen kwamen enthousiast thuis. Dennis had werkelijk genoten: gelachen, meegeklapt en gezongen. Hij wil nog wel een keer. Een pak van mijn hart.














Advent

In Noorwegen is het heel gebruikelijk dat kinderen een adventskalender krijgen. OmaNita is aan het quilten geslagen en heeft een prachtige adventskalender voor ons gemaakt. Op de kalender zie je julenisser (kerstkabouters die de pakjes rondbrengen) de ladder opklimmen. De kalender hangt nu voorzien van cadeautjes te pronken in de kamer en de kinderen mogen elke dag een cadeautje uitpakken. Dat wordt voortaan een vertrouwde aanblik in de adventstijd. De barnehage is helemaal versierd. Elke maandag wordt er een adventskaars aangestoken en er worden kerstliedjes gezongen. Ik moet op jacht naar CD’s, want ik moet die liedjes die Lieke thuis ten gehore brengt toch ook mee kunnen zingen! Lieke zingt soms wat onverstaanbaar, en als ik dan vraag of het Nederlands is, antwoordt ze: Nee, datte innenoors. Dennis bezoekt het kerkgebouw waar een toneelstuk opgevoerd wordt en zingt liedjes voor mensen in het bejaardentehuis. Na afloop vat hij het bezoek kort samen: Ze hadden allemaal strepen in hun gezicht en één leek net een doodshoofd. Maar ze klapten wel voor ons.







13 december - St. Lucia

St. Lucia was een weldoenende jonge vrouw die vanwege haar christendom veroordeeld werd tot de brandstapel (rond het jaar 300). De legende vertelt dat het vuur haar niet kon verbranden en dat haar lichaam niet verplaatst kon worden. Daarom staken ze haar de ogen maar uit met een vork. Je moet toch wát. St. Lucia is daarom nu tevens de heilige van de blinden. Volgens een oude kalender is de nacht van 12 op 13 december de langste nacht van het jaar. In deze nacht gebeuren er enge, duistere dingen. Je kunt dan ook beter niet gaan slapen. Onder jongeren is het nog gebruikelijk deze nacht feestend door te brengen en pas te gaan slapen als de zon opkomt. Dan is het weer veilig. Tijdens de Lucia-viering gaan de kinderen geheel in het wit gekleed in optocht door de barnehage of school. Ze houden een kaars in hun hand die het vuur van de brandstapel symboliseert. Als je als meisje voorop mag lopen als Lucia, met een Lucia-krans op je hoofd, is dat een grote eer. Tijdens de optocht wordt het Lucia-lied gezongen.

Op vrijdag 11 december werd het feest op de barnehage gevierd. Ik kocht een mooie Lucia-jurk voor Lieke (die kun je overal voor een prikkie kopen). Ik had vernomen dat je voor jongens evengoed een T-shirt van papa of mama en een maillot kunt gebruiken. Dennis gaat dus gehuld in een blouse van mij en Stefan krijgt een shirt van Dennis aan. Ze vallen gelukkig niet uit de toon. De kindjes zien er allemaal schattig uit. We eten ‘lussekatter’ (rozijnenbroodjes in de vorm van lussen) die de kindjes eerder deze week gebakken hebben. Als we vertrekken zie ik dat Lieke haar jurk achterstevoren aan heeft. Tja, het is tenslotte onze eerste keer…. Omdat de foto's van deze happening mislukt zijn, heb ik maar 2 foto's van de barnehage toegevoegd.









Temperatuur

Het is momenteel koud en wit. ‘s Morgens staat de wijzer op -10. Ik heb een hele dikke slaapzak voor Stefan gekocht, omdat hij op de barnehage immers buiten slaapt. Deze slaapzak houdt mijn ventje warm tot -20, dus dat zit wel goed. Maar ik heb voor de zekerheid nog maar een wollen pak aan zijn garderobe toegevoegd. En nog een paar wollen sokken. Mijn moeder heeft voor Dennis een prachtige Noorse wollen trui gebreid. Die wordt vaak gedragen, mét een colletje eronder anders kriebelt ie zo. En dan hebben we een hele lieve buurvrouw. Die stond onlangs op de stoep met 3 wollen truien. Voor ieder kind één. Buurvrouw werkt vaak ’s nachts en als het rustig is dan breit ze. En iedereen die in Noorwegen woont móet volgens haar zo’n trui in de kast hebben liggen. Eén ding is zeker: Ze zijn warm!

Nu ga ik genieten van mijn kerstvakantie. ‘Uitrusten’ is in het Noors ‘å slappe av’. Wij gaan dus afslappe! Langs deze weg wens ik iedereen een hele fijne (witte?) Kerst en een heel goed 2010!















zondag 4 oktober 2009

Cursus

Wel/geen cursus en principes overboord
Op 25 augustus begon ik met mijn cursus Noors overdag (3 dagen per week). Voorafgaand aan de eerste les had ik een gesprekje met medewerkster Sissel, over wie ik ben, waarom ik naar Noorwegen ben gekomen en wat ik in de toekomst wil gaan doen.

Tijdens de les kwam Sissel helemaal blij de klas ingestormd en duwde mij een formulier in de handen. Een aanmeldformulier voor een cursus Barnehageassistent, die door het arbeidsbureau werd georganiseerd. Hartstikke lief dat ze dat speciaal voor mij had opgezocht! Toch werd ik daarmee met een groot probleem opgezadeld. De cursus zou een duur hebben van 10 weken, 5 dagen per week. Nu was ik altijd een zéér fel tegenstandster van het ’vijf-dagen-per-week-wegstoppen’ van kinderen in een kinderdagverblijf. Maar als ik deze cursus wilde volgen, moest ik dat toch doen. Dubben, twijfelen, hoofdpijn en buikpijn… Dennis vroeg toepasselijk: Mama, als je aan het dromen bent en er komt een eng stukje, hoe kun je dat dan doorspoelen?? Tja, ik zou ook wel even willen doorspoelen om de consequenties van mijn beslissingen te kunnen bekijken.

De feiten: De kindjes hebben het ontzettend naar hun zin op het kinderdagverblijf, ik kan ze om 15.00 uur weer halen (i.p.v. ’Nederlandse’ 17.30 uur)en ik móet toch investeren in het vinden van een baan omdat het leven hier niet bepaald goedkoop is, mijn spaarcenten mij niet eeuwig zullen blijven toelachen en niet in de laatste plaats omdat werken de beste manier is om in te burgeren. En ik wil niets liever dan een ingeburgerde moeder worden. Kortom, een prijs die ik moet betalen voor het verkozen leven in Noorwegen. Ik zwichtte, meldde mij aan voor de cursus en vroeg voor de kindjes een volledige plek aan op de Barnehage. De plek op de Barnehage was snel geregeld, de cursusplek niet. Er waren erg veel aanmeldingen en ik werd niet ingeloot. Toevallig zou er in oktober nog een cursus starten, waarvoor ik mij eveneens aanmeldde, maar omdat mij hier ook al 30 mensen voorgingen, had ik niet veel hoop op een plekje. Vervelende situatie, want wat had het dan voor nut de kinderen 5 dagen naar de Barnehage te brengen??

Ik vroeg advies aan Sissel en weer had ze een goed idee. Er zou binnenkort een cursus voorde Bergenstest beginnen. De Bergenstest is een taaltest op hoger niveau, waarna je geacht wordt een aardig woordje Noors te spreken en bijvoorbeeld een universitaire studie kunt volgen. Weer meldde ik mij aan. En JAWEL, ik mag meedoen! De cursus duurt van oktober t/m januari en een leuke bijkomstigheid is dat ik zelfs een financiële vergoeding krijg, omdat de Staat deelname aan een dergelijke cursus stimuleert. Ik krijg eveneens een vergoeding voor de kinderopvang. Ik ben bijna (je begrijpt wel, vanwege het kind-dilemma) helemaal blij en heb ontzettend veel zin in de cursus!












23 september - Oslo
Patrick’s ouders logeren bij ons, na een autorondreis door Noorwegen. Helaas hadden ze geen al te best weer en op sommige dagen was het slechts even droog als ze door een tunnel reden…
Omdat opa en oma graag op de kindjes willen passen, piepen Patrick en ik er een dagje tussenuit naar Oslo. Als eerste nemen we het treintje ‘naar boven’, vanwaar we een fantastisch uitzicht hebben over stad en fjord. Dit gebied heet de Nordmarka en hier bevindt zich ook de Holmenkollen, de springschans van de Olympische spelen in 1952. Momenteel is het wat rommelig want de springschans wordt geheel vernieuwd. Het leuke is dat je je, vlakbij het centrum van de hoofdstad, in een enorm uitgestrekt en mooi natuurgebied bevindt. Ik las dat er rond Oslo zelfs nog oerbossen zijn en dat in de bossen rond Oslo meer dan de helft van alle zoogdieren en vogelsoorten te vinden zijn die Noorwegen rijk is. Vervolgens bezoeken we het Vigelandspark met de vele prachtige beelden; indrukwekkend! Na een kleine stadswandeling en een restaurantbezoek is het weer tijd voor de terugreis. Er is nog veel meer te zien, zoals de musea op het museumeiland. Maar dat doen we een volgende keer. Eén van de musea is trouwens gewijd aan de poolreizigers, onder wie Roald Amundsen. Dit brengt mij weer op de zoektocht naar het vliegtuigwrak waarnaar Patrick’s mini-onderzeeër onlangs zocht. Het wrak is niet gevonden. Dit ligt uiteraard aan het feit dat ze in het verkeerde gebied zoeken, want aan de onderzeeër kan het niet liggen! Aldus Patrick. Maar goed, Oslo is in ieder geval een moderne en gezellige stad, omgeven door veel natuurschoon. Een aanrader!















Stefan 1 jaar!
Op 11 september viert Stefan zijn eerste verjaardag! Op de Barnehage krijgt hij een mooie verjaardagshoed en wordt er voor hem gezongen. Het voelt een beetje ‘leeg’, maar ik hoef geen flitsende home-made traktatie mee te geven, want men wil op de Barnehage het eten van zoetigheid beperken. Daarom wordt er bij een verjaardagsviering een traktatie verzorgd door de Barnehage zelf, in de vorm van ijs, fruit of (gezonde) wafels. Het is op deze feestdag mooi weer en daarom wordt er ijs getrakteerd. Ook het feestbiggetje zelf smult er lekker van!
Wij vieren de verjaardag thuis op zaterdag, en daarbij pakken we de kaarten en kadootjes uit die de afgelopen dagen gearriveerd zijn. We hebben het er zelfs nog druk mee! En… wat is het jaar toch vre-se-lijk snel voorbijgevlogen…










De wijkverpleegkundige merkte tijdens een consultatiebureaubezoek op dat Stefan mogelijk pas gaat praten als hij 3 is. Omdat hij de twee talen eerst een apart plekje moet geven in zijn hoofd. Andere moeders van tweetalig opgevoede kinderen spreken dit tegen. In ieder geval hoeft niemand verbaasd te vragen: Goh, praat-ie-nog-niet?? Nee, dat ligt aan zijn tweetaligheid. Voor zindelijk worden geldt dit trouwens ook (dat heb ik zelf bedacht, hij moet immers eerst in zowel Noors als Nederlands de benamingen van zijn producties kennen).

Klussen
Eindelijk, na wat verfwerk en Ikea-bezoekjes, heeft Lieke een mooie meisjeskamer! Overwegend paars en lila (’meisjekleur’ noemt Lieke dat). Patrick werkt momenteel hard om van de speelkamer tevens logeerkamer temaken (door het plaatsen van een wand met 2 schuifdeuren), zodat Lieke haar kamer niet meer hoeft af te staan aan logés.








Najaar
Het najaar is voor Noren de periode om het huis te verven. 1 op de 4 Noren verft jaarlijks het huis, hetgeen betekent dat je eens in de 4 jaar aan de bak moet. Voor ons staat deze actie voor volgend jaar op de planning. Er zijn geen regels, je mag je huis de kleur geven die je wilt. Maar vooralsnog zien we voornamelijk rode, groene, gele en witte. Volgend jaar willen we ook de tuin opknappen. Onlangs aten we sperziebonen uit eigen tuin. Ontzettend leuk (om te oogsten) en lekker! Ik hoop van harte dat er volgend jaar een groentekas in de tuin zal verrijzen, zodat ik mezelf helemaal kan uitleven.

Het zonnetje schijnt de laatste tijd flink, maar ’s morgens is het rond het vriespunt. In het noorden van het land is de eerste sneeuw gevallen (die herfstvakantie-gangers nogal heeft overvallen) en hier zijn de stokjes langs de weg geplaatst om de wegkanten te markeren. Het wordt snel en vroeg donker, maar dat is ook wel weer gezellig!

vrijdag 4 september 2009

Maandag 17 augustus - Nieuw begin
Met z’n allen melden we ons bij de barnehage. Onze kindjes met brooddoosjes en de gebruikelijke berg kleding, ik met buikpijn van de spanning. Stefan en Lieke zullen hier vanaf nu 3 dagen per week doorbrengen. Deze week kunnen alle nieuwe kindjes wennen, per twee tegelijk. Omdat Lieke en Stefan bij elkaar op de afdeling komen, zijn wij de enigen en krijgen we alle aandacht van de leidsters. Patrick heeft het gebruikelijke verlof en ’went’ gezellig mee.

Dennis blijft in zijn vertrouwde lokaal, Lieke en Stefan in het nieuwe gedeelte. Dennis gaat even mee om te zien waar zijn søsken (zusje+broertje) gehuisvest zijn. Ze kunnen binnendoor naar elkaar toe als ze dat willen. Het ziet er allemaal prachtig uit. Nieuw, schoon, gezellig en Ikea. Buiten is wat extra terrein gewonnen en daar wordt nog geklust om alles helemaal speelklaar te maken. Al met al een behoorlijk speelparadijs.

We leveren weer een lijst in met Nederlandse woorden en de Noorse (fonetische) vertaling daarvan. Ik gebruik de lijst die we eerder al voor Dennis maakten, zij het met enkele wijzigingen (’auto’ wordt ’pop’ etc).

Voor Lieke kunnen we een kinderwagen van de barnehage lenen. Daar slaapt ze ’s middags in. Buiten, en als het regent in de speciale ’slaapschuur’. We leveren daartoe een slaapzak en insectennet. En ze vindt het prima. Moet erg lachen als de leidster m.b.v. de woordenlijst het woord ’speen’ probeert te zeggen.
De eerste twee keren moet Lieke erg huilen als ik ’s morgens weer vertrek. De derde dag kijkt ze alleen heel verdrietig. Daarna zwaait ze me lachend uit. Stefan heeft er gek genoeg niet veel last van en zwaait ook uitbundig (speciaal voor deze gelegenheid geleerd). Zou de periode van verlatingsangst dan ongemerkt voorbij zijn gegaan? Ik maakte me juist zo bezorgd om de kleine schat. Ik word al snel verzocht ook voor Stefan een regenpak aan te schaffen, zo’n tot-onder-de-oksel-broek + jas. En laarsjes. Dan kan hij tenminste ook in een natte zandbak spelen.

Dennis gaat met plezier vijf dagen per week naar de barnehage en lijkt meer op zijn gemak dan voor de vakantie. Trots omdat hij bij de oudste kindjes hoort en omdat hij al aardig kan communiceren in het Noors, en blij omdat nu Lieke en Stefan ook in de buurt zijn. Twee dagen per week heeft hij de Nederlandse Sonja als leidster en kan hij honderduit kletsen. Zowel Sonja als Dennis genieten daarvan. Ze zingen zelfs samen Nederlandse (verjaardags)liedjes.





















Veteraan

Het schooljaar start in augustus. Alle kinderen die in een kalenderjaar 6 worden, beginnen datzelfde jaar op school. Dennis is volgend jaar aan de beurt. Nu behoort hij daarom tot de oudste barnehage-kinderen, beter bekend als veteranen.

De veteranen gaan elke woensdag van 10.00-13.00 uur ’på tur’. Daarvoor hebben de kinderen een rugzak nodig. Niet zomaar een rugzak, nee, een heuse wandelrugzak die goed past en lekker zit. Dus gaan Dennis en ik naar de winkel om een rugzakje te kopen. We kiezen een mooie rood met grijze. En een zitmatje. Omdat Dennis niet de dikste is, moeten we alles goed aansnoeren en zwabberen er hier en daar wat overtollige stukken riem, maar dan is de pasvorm goed en Dennis is er erg blij mee. ’s Zondags gaan we ’op oefening’ en Dennis draagt zijn eigen flesje water, de koekjes en z’n appel. En ondertussen voetbalt hij. Koekjes worden kruimels. Geeft niks, hij ziet er zo stoer uit! Ik hoop dat het zijn eerste van vele rugzakjes is (en vooral de daarbij behorende wandelingen). De eerste veteranentocht voert op de terugweg langs ons huis. Ik ben nét op tijd om een foto van de achterkantjes maken!





















Ik ben blij dat de wenperiode achter de rug is en ik laat de kinderen met een veilig en gerust gevoel achter. Maar als al mijn bloedjes daar zijn en ik thuis, is het stil... Ik kan genieten van de rust en ongestoord poetsen, koffiedrinken en toiletteren en alle traphekjes en deuren open laten staan. Toch ben ik blij dat ik nu 3 dagen per week naar Noorse les ga. Daarover later meer.

Taal
Lieke haalde op een morgen het Noorse ’Mijn eerste 1000-woorden’-boek tevoorschijn en vroeg steeds, met haar vingertje een plaatje aanwijzend ’Dennis, dattinnoors?’ Dennis gaf de benamingen bij de plaatjes, waarop Lieke duidelijk probeerde de woorden te onthouden. En als Dennis het niet wist, zei hij het gewoon in het Nederlands, met een typisch Noorse uitspraak. Eén van de eerste Noorse woorden die Lieke leerde was ’sommerfugl’ (vlinder). Sindsdien weigert ze het Nederlanse woord te zeggen. Tijdens een wandeling zei ik terloops dat ik een waterval hoorde, waarop Lieke vroeg: Fossefall, mama? Ik was stomverbaasd. Op de Barnehage zingt ze met veel plezier de Noorse liedjes mee, die we thuis al hadden geoefend. Ze schijnt zelfs al een beetje te begrijpen wat er gezegd wordt. Dennis zei onlangs: Mama, weet je wat leuk is? Barnehage is in het Noors ook gewoon Barnehage. Het maakt hem helemaal niets uit of hij een Nederlands of een Noors filmpje kijkt, ook al verstaat hij er haast niets van. Het is prachtig om te zien hoe de kinderen de taal spelenderwijs oppikken, ongehinderd door grammatica en regels, en vooral de uitzonderingen hierop. Ze proberen het niet te begrijpen, ze doen het gewoon. Ik ben ook zó benieuwd hoe Stefan zich taaltechnisch zal ontwikkelen.

Amundsen en de Hugin
Roald Amundsen was een Noorse ontdekkingsreiziger die vele legendarische tochten maakte. Zo was hij als eerste op de Zuidpool en heeft hij als eerste door de Noord-West passage gevaren. In 1928 kwam hij om, toen zijn vliegtuig neerstortte in zee. Vermoedelijk in de buurt van Spitsbergen.
De Hugin is een mini-onderzeeër, ontwikkeld i.s.m. Patrick's werkgever. De Hugin wordt ingezet bij het zoeken naar zeemijnen. Patrick werkt zelf ook veel aan de optimalisatie van de Hugin. De Hugin wordt momenteel ingezet bij het zoeken naar het vliegtuigwrak van Amundsen. Uiteraard spannend, want stel je voor dat ze het wrak vinden met behulp van deze trots van FFI....