Ter ere van Stefan’s verjaardag gingen we naar
de kobaltmijnen. Daar was een speciale dag voor kinderen, dus dat kwam goed
uit. De kobaltmijnen zijn vlak bij Blaafarveverket waar we op 14 augustus waren.
Er was een korte rondleiding door een van de mijnen en daarna hebben we zelf de
blauwe kleur gemaakt.
De mijnen zijn zo'n 120 jaar in bedrijf geweest. Buiten liggen enorme heuvels met afval, dat wil zeggen gesteente waar geen kobalt in zit. Blaafarveverket leverde in zijn hoogtijdagen (1821-1849) 80% van alle blauwe kleur in de hele wereld. Misschien komt het blauw in Delfts blauw ook uit Noorwegen? In 1849 ging het bedrijf failliet, onder andere door de komst van synthetisch ultramarijn.
De mijnen zijn zo'n 120 jaar in bedrijf geweest. Buiten liggen enorme heuvels met afval, dat wil zeggen gesteente waar geen kobalt in zit. Blaafarveverket leverde in zijn hoogtijdagen (1821-1849) 80% van alle blauwe kleur in de hele wereld. Misschien komt het blauw in Delfts blauw ook uit Noorwegen? In 1849 ging het bedrijf failliet, onder andere door de komst van synthetisch ultramarijn.
Om de blauwe kleur te maken heb je kobalterts,
kwarts en as nodig. Alle ingrediënten gaan door processen om ze zo puur mogelijk
te maken en fijn te stampen tot fijn poeder. Daarna moeten ze worden gemengd en
gesmolten op 1200 °C. Een gewone vlam heeft een temperatuur van ongeveer 300 °C.
Maar door met een klein pijpje lucht in een vlam te blazen kan een hele hete
blauwe vlam gemaakt worden. Dat mochten de kinderen zelf proberen. Dennis en
Stefan hadden snel door hoe het moest. Ze kregen een klein stokje met de drie
ingrediënten erop en door het goed heet te maken ontstond een druppel met een
mooie diepblauwe kleur.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten